Home » Columns

Categoriearchief: Columns

Olivier & Sinterklaas

Terwijl de met Sint & Pieten volgepakte Spaanse sleepboot haar koers over het Winschoterdiep naar de haven vervolgt, wurmt en wringt de tot fikse file gevormde stoet zich via de Blauwe Knoop over de nu weer gesloten brug naar de Rozenstad.

M’n Zwoele Franse Troela en ik wurmen ons eveneens een weg vooruit en net als we de tweede kronkel na de brug genomen hebben zien we een vreemd vehikel op het fietspad naast ons vooruit snellen.

Even voorbij de Shellpomp weet ik het gevaarte zwaaiend en vriendelijk lachend te onderscheppen en raak ik in gesprek met Olivier, de pedaleur van dienst. Relaxt onderuit hangend in zijn overdekte ligfiets lurkt de 41-jarige Olivier Le Marchand aan een zelfgeknoopte peuk. Terwijl de twee meedravende hondjes hun pootjes even intrekken en rustig naast het pad gaan liggen houdt hij in steenkool-Engels z’n relaas.

In november 2020 startte de uit de Bretagne herkomstige, gescheiden Fransoos zijn tocht in Zuid Portugal en pedaleerde zijn minicampercombi naar het Poolse Stettin. Elke dag trapte hij zijn ca. 500 kg wegende gevaarte zo’n 20 tot 30 km verder en-route en deed zaterdag de 16e november even de Molenstad aan. Medio april-mei 2025 verwacht hij weer thuis & terug te zijn en staat Mongolië als opvolgende bestemming op de agenda van CARADOG-TRAVEL.

Als even later Olivier zijn route weer vervolgt rollen Troela en ik richting centrum waar hippe Pietendreun en Klaasdisco me tegemoet golft als ik Troela voor korte tijd knipperend naast het stadhuis op adem laat komen. Als echte Neppiet lever ik gauw een Mofrikaans pakketje af in de binnenstad en draaf dan snel terug, trap Troela op haar staart en in de achteruit en zwaai in het voorbijgaan nog even naar Klaas… en naar Olivier die me plotsklaps voor de wielen fietst.

Bruggen Belang Pekela

Het is een betrokken en bevlogen mens, de 57-jarige Maurits Langeler uit Nieuwe Pekela, de toekomst van de Pekelder bruggen gaan hem nauw aan het hart. In 2021 opperde de gemeente Pekela het onzalige plan dat 21 van de 34 bruggen finaal het loodje moesten leggen, het onderhoud werd te kostbaar.

Langeler, zoon van de directeur van het toentertijd befaamde Pekelder bedrijf ARROW, kwam samen met een groot aantal dorpsgenoten in het Belang van de Bruggen in actie.

Een creatieve en zakenkundige denktank bestaande uit inwoners uit Oude- Nieuwe- en Boven Pekela was het resultaat. Nu, drie jaar later, is in samenwerking met de Gemeente Pekela een herstelproject opgezet dat in eerste instantie begroot is op veertig miljoen euro. Het behoud van de bruggen heeft tot grote en vernieuwde verbinding gezorgd tussen de inwoners onderling. Ze worden praktisch en bekwaam ondersteund door een kundig comité – bestaande uit acht wijze en capabele mensen – (waaronder een Hoogleraar en Professor) waarvan de wieg in het Pekelder Veen gestaan heeft.

Pekela, nu een van de armste dorpen van het land, was door de vervening ooit rijker dan Amsterdam. Het waren de lange kanalen die voor het transport van het waardevolle veen gezorgd, hebben. De vele veenarbeiders van toen zwoegden voor de verrijking van enkelen en nu, vele decennia later zijn het de enkelen die zich bevlogen en vol passie inzetten voor het belang van velen en het Bruggen Belang van de Pekela’s, Maurits Langeler is een van hen.

De Leukste winkel van Winschoten

Omgeven door een keur aan klankschalen zit Peter Witsel achter de tafel in de Kleine Monnik aan de Winschoter Venne. Onderhand zo’n acht jaar terug opende hij samen met z’n vrouw Hella deze bijzondere spirituele wonderwinkel na voorafgaand jaren op markten en spirituele beurzen te hebben gestaan.

Klankschalen is zijn vakgebied, “alles is energie en trilling en heeft effect op je doen, laten en wezen” zegt hij terwijl hij ter illustratie een van de oorspronkelijk Boeddhistische klankinstrumenten tevoorschijn haalt.

Zijn vrouw richt zich meer op de edelstenen die ze al jarenlang verkopen “al jaren veel gevraagd is de Gouden Driehoek, een trio heilzame stenen bestaande uit Amethist, Bergkristal en Rozenkwarts. Op verzoek en afspraak laat een energetisch therapeute al jaren edelstenen hun helende werk doen en ik sta telkens weer versteld van de wonderbaarlijke resultaten” zegt Hella. Het ontwikkelen van het bewustzijn is de doelstelling en de verkoop van klankschalen, edelstenen en etherische oliën in de winkel aan de Venne zijn een middel daartoe.

Terwijl Hella grotendeels de winkel onder haar hoede heeft neemt Peter al sinds jaar en dag de Wellness-groothandel voor zijn rekening. “Spiritualiteit is in, net als de energie van stenen en Tik-Tok speelt de laatste tijd een aanjagende rol” zegt hij. Wie echt interesse heeft en kennis van zaken verlangt nodigen we graag bij onsuit op de Venne in de Leukste winkel van Winschoten.

Karretje duwen!

.. dat zou hij met alle liefde voor haar doen als zij later onverhoopt in een rolstoel terecht zou komen. Het onderwerp kwam decennia terug en op die dag ter sprake en dat niet zonder reden, ze lagen beiden al tijden niet meer op een lijn maar WAT als er een van de twee afhankelijk of ziek zou worden?

Het was alsof ze in een andere sociale en emotionele dimensie verzeild geraakt waren. Een extra handicap en bemoeilijkende factor was dat de communicatie steeds stroever verliep in een niet te begrijpen Nederlandse woke-taalvariant.

Vrouwen, hij had geregeld bingo als het op die wezens aankwam, maar ja… zij kwamen dan ook bevallig van Venus en hij als mannetje van planeet Mars. Koken bakken, braden, zorgen … zij kon het niet en deed het nauwelijks dus hij deed het graag en allemaal maar nooit zonder vakkundig gelardeerd commentaar van het bevallige Venuswezen dat volgens hem vervroegd en langdurig in prikkelbare overgangsperikelen terecht gekomen was. Toch en ondanks alles hield hij stug vast en vol want er waren geregeld nog wel seconden van geluk te bespeuren, tenminste als ze goed in haar vel zat.

Zij hield het tenslotte nog steeds bij hem uit, ongeregistreerd en nergens wettelijk verbonden, ze kon zo de bietenbrug Heim ins Reich naar het zuiden nemen als ze er voor koos dus hij moest toch wel iets goed doen. Koken kon hij prima en hij was ook nog eens multifunctioneel inzetbaar, dat waren nuttige eigenschappen die ze wel kon waarderen. Ze was zelfs zo tevree dat ze later – als hij onder de grond gewroet zou worden – wel bij hem in dezelfde kuil weggewerkt wilde worden. Hij ging toch eerder dood was haar heilige overtuiging. Hij vond het wel goed maar onder voorwaarden.. dat ze het lef niet had om zich ondergronds stiekem een gang te graven naar z’n al ingekuilde broer die op termijn zijn buurman zou worden.

Broerlief was bij leven een stuk dat wist hij, hij kende zijn verleden, maar zij lustte er bij leven en in een voorafgaand verleden ook wel pap van zo kwam hij veel later achter, dus als ze die afspraak maakten vond hij het wel ok om samen met zijn twee ingekuild te worden. Het scheelde haar tenslotte ook geld, dat was voor het vrekkige deel in haar geen onbelangrijk dingetje en de steen werd uiteraard ook gedeeld. Ze had de kleur voor z’n steen al uitgekozen, een model stond een grafveld verder al opgesteld, ze had dat pronkstuk al aan hem voorgesteld. Daarop kon later haar naam wel naast de zijne worden uitgehakt. Dat alles was afkomstig uit voorgaande tijd waarin de taal nog begrijpbaar, zij nog sociaal en ietsiepietsie welgemeend bewogen was.

Of zij z’n karretje in de weeromstuit ook zou duwen mocht het toevallig zo uitkomen, vroeg hij haar. Grote verschrikte ogen met hoog opgetrokken wenkbrauwen keken verbaasd op vanachter haar bril. Hoe of hij daar in Godsnaam bijkwam, dat was toch echt niet de bedoeling, zo had ze zich dat zeer zeker niet voorgesteld of voorgenomen. Daar wilde ze toch echt het werk niet van hebben, hij ging tenslotte toch eerder de pijp uit en die afspraak had ze nooit met hem gemaakt.. stel je toch eens voor riep ze met een vuil lachje uit: zij z’n karretje duwen!

It’s Alive.. (too)

Sta ik aan de kassa en wacht totdat de kassamiep m’n vracht verse groente voor mijn beide konijnen over de piep-scan getrokken heeft.

Twee kroppen andijvie, 4 kroppen botersla, 1 zak witlof, 2 zakken bospeen, 2 jonagold appels, 1 bak lekkere tomaatjes, 1 Chinese kool, 2 komkommers, 3 zakken ongebrande nootjesmix (voor door de mix, samen met vruchtenmuesli) .. en voor mezelf een bosje radijsjes.

Oh, u eet lekker deze week, zegt ze.. waarop ik antwoord dat het voor mijn konijnen is en.. dat ik die konijnen heb gekocht om – zo de nood aan de man komt – zelf op te peuzelen. Ze kijkt boos en reageert wat verontwaardigd. Zij is vegetariër zegt ze trots, ik eet geen levende wezens… Ik trek een radijsje dat los onderin het zakje gevallen is tevoorschijn en toon het haar. Alles leeft hoor, zeg ik .. de hele planeet, elke krop sla, ook elke radijs (die losgeslagen in het zakje weer voor zichzelf begonnen is) en zelfs al die wurmenburgers die ze ons door de strot wensen te drukken..

Kutkatten!

.. hoor ik mezelf denken als ik met m’n handzeisje de overblijvende resten van de natuurlijk afstervende voortuin wegmaai.

Een vuile rotlucht stijgt recht naar m’n neus als ik voorovergebogen naast het pad bij de voordeur m’n beide Lowa’s stevig in de kattenstront parkeer. Vroeger was m’n volksbuurt kinderrijk, vandaag de dag stikt het van de katten die alom aanwezig en volcontinu de in hun lichaam verterende Aldibrokken de hele buurt onderschijten.

Voor de meeste katteneigenaren is het een absoluut evangelie dat vrijmoedig over hun miauwende koters gesproken wordt, geen slecht woord wordt getolereerd, dat recht houden ze voor zichzelf. Kom niet aan hun poekie, en blijf er vooral af, waag het niet hun beest binnen te laten, te koesteren of te voeden, laat je gore vingers ervan. Poekie is allergisch voor blikvoer van de Poeisz en van brokken van de Appie raakt ze in de racekak.

Toen ik nog jong, arg- en zorgloos was liet ik me door m’n toenmalige lief overhalen om Igor asiel te verlenen, een zwarte kater van formaat, een roofdier van kaliber die de hele buurt de baas was maar lekker binnen op schoot zitten, ho maar. Het was een van vele katten waarvan ik adoptiefouder mocht zijn maar Igor was met stip toch wel een panter, hij beet alles dood wat voor zijn bek kwam. Ratten groter dan hemzelf legden het loodje maar ook muizen en vogeltjes stonder op het menu van dit roofdier.

Om de buurtbeesten tevoren te waarschuwen hadden we hem een bel omgebonden wat er voor zorgde dat potentiële slachtoffers op tijd een goed heenkomen konden zoeken. Zo ook die middag. M’n lief van toen had weer eens wat, een prematuur vogeltje was uit het nest gelazerd en moest natuurlijk door deze moeder Theresa gered worden. Thuis aangekomen toonde ze haar levende aanwinst en zette het beduusde vogeltje op de grond in de achtertuin. Ik probeerde haar nog te waarschuwen dat Igor niet in maar buitenshuis was, maar het was te laat.

Tingelbingel, Igor was er als de brandweer bij en het lot van het minivogeltje leek beslist, hoe lief ook schold en riep ….. in een fractie van een seconde had ik een baksteen te pakken die ik met ruime en ferme richting kutkat kieperde en ja hoor, RAAK! Het vogeltje lag plat gevouwen onder de steen en Igor naaide er tussen uit. Leuk zulke uit de natuur getrokken en voor de mens gefokte slaafbeesten die heerlijk spinnend op schoot slapen, kopjes geven en bij je in bed kruipen. M’n lief kreeg er geen genoeg van.. ook nadat de kindjes kwamen maakten de Joepies deel uit van onze roedel.

Bijna ging het finaal mis, toen zwangere lief ondanks vermanende woorden in haar nestdrang toch en vooral in de tuin en grond moest blijven wroeten en daarbij zichzelf wat microscopisch klein naar binnen werkte. Dat dat geen succes was bleek bij de geboorte van m’n tweede, tien dagen lang lag ze op de intensive care, totdat de natuur met hulp van dokter Elias haar uit de gevarenzone haalde. Hoezo kutkatten.. bijna was mijn klein dood, maar zij kwam er overheen en ook ik bleef doorademen.

Heb er wel eens over gedacht om weer een kat te nemen, maar waarom zou ik, er lopen genoeg in de buurt en ze zijn maar wat blij als ze een plakje worst of kaas van me toegeschoven of een aai van me krijgen, maar verder is het voor de baasjes zelf. Ik hoef er niet voor thuis te blijven, niet naar de dierenarts, geen bijkomende kosten en de stront heb ik al. Met een spijker schraap ik de stront uit de gleuven van m’n beide Lowa’s, schrob ze met een harde borstel regenwater schoon en leg ze even op afstand om te ontgeuren, het meurt geweldig de stront van die kutkatten!

Een kundige bestuurder

Het besturen zit hem in het bloed, dat is een kolfje naar zijn hand, daar is de onderhand ruim gepensioneerde Eise Smid ook een meester in. De nog steeds kwieke en actieve zeventigplusser laat nog dagelijks zijn handen wapperen en zit een morgen per week als maatschappelijk betrokken vrijwilliger aan het stuur van de pendelbus van het OZG. In zijn arbeidzame leven was Smid in meerdere functies nauw betrokken bij het christelijk onderwijs in Oost-Groningen.

De oorspronkelijk uit Vlagtwedde stammende Smid debuteerde na een gedegen onderwijs opleiding als stagiair op de Maranathaschool in Winschoten onder de toenmalige befaamde vleugels van hoofdmeester Piet Kuiper. Na opvolgende stages in o.a. Onstwedde, Holte, Winschoten en Groningen werd hij als onderwijzer aangesteld op de Christelijke School in Heiligerlee.

Trouw bijgestaan en maximaal ondersteund door zijn vrouw Iety begon hij na een korte militaire loopbaan van slechts tien dagen aan een ruim veertig jaar lange carrière in het Noord-Oostelijke Christelijk Onderwijs. Als onderwijzer verwisselde hij van Heiligerlee naar Winschoten om als hoofd der school naar Oostwold door te stromen. Eind jaren ’80 van de vorige eeuw werd Smid daarop directeur van de school waar hij zijn stage aanving en nam de plaats in van Meester Kuiper.

Dat het besturen hem goed afging kwam uitstekend van pas bij de scholenfusie, eerst de samenvoeging tussen de Winschoter Wirzinge en Maranatha om later met tien andere omliggende christelijke scholen te fuseren. Een paar jaar later werden totaal twintig christelijke scholen samengevoegd en had Smid als bovenschools directeur tot zijn pensioen in 2012 Personele Zaken in zijn portefeuille.

Ook buiten werktijden en na zijn pensionering bleef Smid bestuurlijk op vele terreinen actief, zoals binnen de kerkeraad, het CDA en de Christelijke Onderwijsbond. In 2015 begeleidde hij met twee andere betrokken bestuurders de verkoop van de Vennekerk die ondergebracht werd in de Stichting WaGa waardoor het gebouw onder vastgelegde bepalingen behouden bleef. Het geloof met al zijn door de tijd opgetreden bobbels en hobbels heeft nog steeds een belangrijke plek in het leven van Smid, maar goede vrienden zijn cruciaal evenals het gezin waarin je groot mag worden.

Dat zijn vrouw Iety in alle jaren als de belangrijkste steunpilaar achter hem en het gezin stond was essentieel, iets dat Smid als laatste vooral nog even benadrukken wil. Eise Smid, een man met hart voor zijn werk, overtuiging en met bestuurlijke passie, een kundige bestuurder.

Hemeltroanen…

Met zijn gitaar nagenoeg in de aanslag passeert hij mij die ochtend in het winkelhart van het Oldambt, Krzysztof Groen. Dit Veenkoloniale muzikale talent steekt geregeld de thuisgrens over om zijn gitaarsnaren elders en ver buiten de provinciegrenzen in beweging te brengen.

Ondanks zijn 28 jaar heeft deze aimabele en bescheiden Veendammer al een respectabele muzikale staat van dienst opgebouwd, vorig jaar nog werd hij bijvoorbeeld als Cultuurtalent gelauwerd. Naast gitaar bespeelt hij ook piano en mondharmonica, al dan niet solo en dat samen met Michel, Johan, Robbert en Josien in de band Little Cash.

Hij heeft het er maar succesvol druk mee en kortgeleden verwende hij het Oldambtster winkelend publiek met zijn klanken tijdens de Duitse Dag. Krzysztof speelt bij voorkeur akoestisch, elektrisch aangedreven instrumenten zijn niet zo zijn ding en zingt hij niet bepaald onverdienstelijk een deuntje mee. Country muziek heeft zijn voorkeur, met name de door Henk Puister speciaal voor hem geschreven Groninger nummers. Puister, de Hoogezandster dichter, werd vorig jaar eveneens – en net als Krzysztof – onderscheiden, hij ontving de prestigieuze K. ter Laanprijs.

De nieuwste singel van Krzysztof slaat goed aan en zijn geluid is niet alleen te horen op RTV Noord, maar ook in de USA, Australië en Scandinavië klinken zijn klanken door de ether. Het is een drukke baas, deze vrij-gezellige Veendammer met een fijn gevulde agenda. Op verzoek en aanvraag speelt Krzysztof op bruiloften, feesten, festivals, partijen en overal waar hij uitgenodigd wordt. Hij timmert naast zijn werk bij het bedrijf De Romein goed aan de weg en zijn nieuwste singel DIXON wordt goed ontvangen.

Het nummer ‘Noar de volgende ronde’ is een van zijn meest favoriete nummers. Wie weet komt een van de door mij naar het Gronings bewerkte nummers uit zijn muzikale vingers, zoals het tien jaar geleden vrij vertaalde nummer van Eric Clapton ‘Tears in Heaven’, een demootje heeft Krzysztof al klaar liggen van ‘Hemeltroanen’.

Mien moetje is een vogel..

Als we maar voorzichtig waren, dat was wat moederlief ons meegaf toen we met het scherpe schillenmesje die mangels te lijf gingen. Ja, ja.. dat kwam wel goed zei vaderlief voordat we aan de slag sloegen. Hij was wel een stuk enthousiaster dan ik was, deze pre-tiener vond het te veel en smerig werk en ook nog knap lastig dat uithollen van zo’n harde knol.

Daarna was het krachtig leegschrapen geblazen met een volwassen eetlepel in m’n kinderknuistjes. Op school had ik van gekleurd papier al een mooie lampion in elkaar gefreubeld kompleet met waxinelichtje en stond nagenoeg al startklaar om met het ding, bungelend en slingerend aan een bamboestokje langs de deuren te gaan sleuren.

Maar nee, vaders stond erop om mij te laten zien hoe hij vroeger als knuppeltje zijn knol als leutje lanteern uitholde. Hij deed voor en ik moest mijn best doen om hem na-te-apen, tradities moest je namelijk doorgeven was zijn gedachte daarbij, ik vond het maar een vies en antiek gedoe. Mijn knol vond dat gerop en geros ook niet leuk en vocht met succes terug met een bloedende vinger als resultaat, de knol kreeg er bijkans een rode kleur van. Maar… na het uithollen kwam het leukste werk, het uitsteken van de ogen en het snijden van de neus en mond met griezeltanden en hoog uitgesneden mondhoeken om het knollicht verder af te maken.

Met een iezerwiertje (zoals hij een ijzerdraadje noemde) knoopte hij glimlachend mijn spookachtig eng verlichtende knol aan een stevige stok, ik zou er een hoop slik mee scoren verzekerde hij me. Volgens mij zag hij zichzelf in gedachten terug in de tijd geplaatst, zoals hij begin 1900 met zijn knollicht veurop de kip-kap-kogel-toer liep in de vooroorlogse Drentsche Monden. Ik hield het mooi bij mijn vederlichte nieuw papieren type en trok zingend -met zwemtas voor alle snoep op de rug- samen met mijn vriendjes van deur tot deur. Sint Martinus Bisschop, iets met een hoge houd op en gooi niet in m’n schoentje maar werp m’n zwemtas maar vol. Wat, precies en waarom het allemaal ging daar had ik als halfwas wezen geen idee van, als het maar veel snoep opleverde.

Elf november was de dag, dan was het pay-day voor Sint Maarten, een soort van nep-Sinterklaas compleet met rode mijter maar dan zonder Zwarte Piet. Deze neppert, net zo’n bejaarde blanke opa met grijze baard, een dikke schimmel tussen beide benen had dus geen knecht, hij kwam niet aan huis of door de schoorsteen. Bij gebrek aan zo’n handige zwarte slaaf moest jij jezelf jengelend in het zweet jagen om wat zoete slikkerij te bemachtigen. Pa en ik, beiden hadden we er geen idee van dat we met iets racistisch bezig zouden kunnen zijn, dat waren we ook niet, omdat dat eenvoudig en simpelweg ook niet zo is. Sint Maarten is niets anders dan een verteerde herinnering uit een ver verleden, een in eeuwen vervormd restje van een zogenoemd wielfeest en maakt onderdeel uit van een eindeloze reeks van maanfeesten die de wereld in zijn geheel kent.

Sint Maarten en Sint Nicolaas, het zijn slechts twee van deze in oorsprong, zogezegd, heidense feesten waar een heilig tintje aan gegeven is en daarmee binnen religieuze kaders getrokken is. Wat onze verre voorouders nog wel wisten (maar wij allang en nagenoeg vergeten zijn) is dat ons volledige Zijn & Wezen gebaseerd is op het astronomische en astrologische. We bepaalden ons op zon, maan en sterren-standen, lichtende stippen in het nachtelijk duister die onze aardbol spiraliserend omcirkelden, dat was onze Wikipedia van toen, premature Google 0.0 met alle antwoorden. Niet voor niets dat alle wereldreligies zich hier ook op baseren, zoals het Jodendom en de Islam om maar een paar te noemen. Religies die in de kern maanreligies zijn en zich oriënteren op de planeten en waar de stand van de maan-en-sikkel bepalend is.

In de kern gaat het over primaire kennis betreffende licht en donker, warmte en koude en is het in wezen niets anders dan de eeuwig repeterende cyclus van dood en leven. Al eeuwen gaan de neuzen omhoog, om te ontdekken wat de toekomst aan ellendige rampen of weldadige voorspoed voor ons mensjes in petto heeft. Door in het verleden te bladeren wordt het te verwachten toekomstige verduidelijkt en kunnen repeterende catastrofes voorzien worden. De waarde van de planeten is wel zo groot dat bijvoorbeeld de Zon,Venus, Mercurius en Jupiter een religieuze make-over gekregen hebben en terug op aarde kwamen als de verlichtende (Aarts)engelen Michaël, Rafaël, Gabriël en Uriël. Heel wat oude verhalen, gezangen en liederen zijn er gezongen, weten overdragende matra’s toerloos herhaald waarin het weten en kennis van moeder op dochter en vader op zoon doorgegeven is.

Vandaag de dag komen gedurende de bepalende maanstand rond elf november kuddes kinderen bij het vallen van de avond het licht langs de deuren brengen, zingen leuke liedjes en krijgen daarvoor wat lekkers in retour. Een spekje voor elk bekje, een lollie of soms een zak vol snoep, alleen niet van juffrouw kikkerbil, die nooit wat geven wil. Nee, ze gaan voor een vette buit, de klapper Kip Kap Kogel levert heel wat meer zoetigheid op, daar waar Voader ain muske is en ’n kuske geft aan de vraauw. Dus, wil jij de tas vol snoep en andere lekkernijen? Zing dan uit volle borst: Kip Kap Kogel, mien moetje is een vogel….

Poen & Poter..

Geen mens of media klept er over dat binnenkort het contante geld – en daarmee de absolute persoonlijke VRIJHEID – nagenoeg verboden wordt. Dij de Lage-Land-Kudde aan de Noordzee is Pin-helegaar-In, vinden het onderhand al doodnormaal – gesteund door het succesvolle propagandageneuzel van de overheid – dat contant geld ONT-hand wordt.

Je bent een dombo en/of crimineel als je nog met pasmunt of eurobiljet betaalt, je bent volgens de Banksters die het in wezen echt voor het zeggen hebben pas slim als je alleen nog maar Poen Pint.

Wim Sonneveld, de Nederlandse conferencier van weleer had er een leuk Melo-liedje over, over wat je allemaal met Poen-Ken-Doen. Poen, het Bargoens voor handje contantje, geld op de hand dat echt wat waard is. Naah.. dat is nu snel afgelopen en veel dichterbij dan gedacht wordt. Kleine pasmunt (zoals de 1 en 2 cent) zijn we al lang vergeten, net als de biljetten met een hogere waarde dan 50 euro. Wie het flikt om met een meijer (100 euro biljet) te betalen krijgt al benauwde gezichten en waag het niet om met biljetten van 200 euro of meer aan te komen.

Gelukkig lopen de Hufters uit het Haagse netjes mee in de internationale Mammon-Pas en wordt binnenkort met ruime goedkeuring van de Tweede Kamer een maximum gesteld aan contant betalen. Maximaal 3.000 pietermannen mogen nog zonder overheidscontrole van hand tot hand gaan. Per bank is het nu al een dingetje als je duizend piek wilt overboeken zonder irritante vragen, zelf over je eigen vermogen beschikken is steeds meer uit den boze, how dare you.

De tastbare ruilmiddelen van nu hebben in wezen ook nauwelijks waarde meer, de muntjes zijn van veredeld pisbakkenijzer die de waarde bij lange na niet dekt die er op aangebracht is. Biljetten zijn duur bedrukte frutsels, gemaakt uit oud papier en lompen. Goud, zilver en koper – dat als materiaal alleen al zijn waarde heeft en houdt, is al lang afgeschaft. Alleen al de antiseptische werking maakte het dat van deze materialen pasmunt werd geslagen die wereldwijd zonder epidemische rampspoed van hand-tot-hand ging.

Goud – van medische tot technische toepassing en meer, bestek- en melkkannen van zilver om bijvoorbeeld besmetting te voorkomen en wie weet nog van de tijden dat we met een koperen stuiver in de broekzak rondliepen tegen reuma. Digitale-munten het is wat het is, gebakken lucht en nep-geld en dan gaan ze in gidsland Kuwait aan eind van de maand zover biometrische bepalingen aan te klemmen zo dat je als mens geen kant meer op kunt.

Heb je in deze try-out state op 30 september aanstaande GEEN vingerprint gekoppeld aan je bank/creditkaart opgeslagen dan heb je geen toegang meer tot je tegoeden. De volgende stap is iris-scan en gezichts-herkenning… Heb je nog ergens een ouwe Gouden kies van opa liggen, een zilveren broche van Oma of een koperen fluitje van de Padvinderij? In je kluis ermee, die rommel heeft en houdt zijn waarde, al het andere verdwijnt naar het onbereikbare niets, lost op in lucht, of zoals ze in het Bargoens plegen te zeggen.. da’s weg, da’s Poter