Adolf Hitler en Otto Frank dienden in hetzelfde leger en kregen allebeide het IJzeren Kruis 2e klasse. Hierboven zijn beide gedecoreerde soldaten naast elkaar te zien, links Adolf, rechts Otto.
Toen de (eerste en grootste) wereldoorlog in 1914 uitbrak, hesen miljoenen jonge mannen in Oost en West zich in het militaire uniform. Nog nooit had de wereld zo’n grote en beestachtige mensenslachting meegemaakt. Moord- en doodslag met officiële goedkeuring en elk nam daar zijn plaats in, de een als keukenhulp, de ander als soldaat, weer een ander als postbezorger, de ander als officier. Een gruwelijke mensenvernietiging waarbij het afslachten van 5.000 mensen per uur eerder regel dan uitzondering was. Wie zich verdienstelijk gedroeg en ook nog wist te overleven werd daarvoor beloond met kruis en erelint.
In het Duitse leger werd het IJzeren Kruis in verschillende waarderingen uitgereikt. Het IJzeren Kruis tweede klasse werd ca. 5.000.000 keer uitgereikt. Het kruis werd aan een lint op de linkerborst gedragen. Het werd alleen op de dag van de uitreiking en tijdens ceremoniële bijeenkomsten gedragen. Meestal werd alleen een strook van het lint door het tweede knoopsgat van het uniform gedragen.
Adolf ontving deze onderscheiding in december 1914, van Otto is het precieze jaar waarop hij deze onderscheiding kreeg wat onduidelijk. Historische bronnen spreken van 1915, 1917 en 1918. Het IJzeren Kruis 1e klasse werd veel minder vaak verleend, namelijk 218.000 keer. Adolf ontving in augustus 1918 het hoger in rang staande IJzeren Kruis 1e klasse op voorspraak van de (Joodse) adjudant Hugo Gutmann.
De toekomst had voor de beide gedecoreerde ’team-genoten’ in het verdere verloop van de geschiedenis een heel eigen en ander verhaal in petto.