“Tudeluu, Tudeluu..” het is een paar minuten over halfnegen die maandagochtend als m’n smartfoon zich meldt. Ik lig nog een beetje na te soezen van een iets onrustige nacht als ik het gesprek aanneem, “met Bert”. Een vriendelijke vrouwenstem laat me weten dat Anneke aan de andere kant van de lijn hangt. Of ze het misschien verkeerd begrepen had dat ik op een andere dag bij haar voor groep 8 sta om een gastles te verzorgen.
M’n hart slaat – niet alleen van schrik – een paar slagen over en het laatste slaperige restje in m’n hoofd is op slag verdwenen. Slik… was dat vandaag? “Staat dat op vandaag gepland?” vraag ik verschrikt, “ik dacht volgende week, de 10e?” Nee hoor, volgens haar agenda stond het voor deze maandag gepland, sjips, dat is ook een ding. Hoe of we dat oplossen. Verschuiven naar een andere dag of stante pede onder de douche, in de kleren en de auto en voor de klas. Het is even snel schakelen. De school in kwestie is nauwelijks 6 km hier vandaan verwijderd en met een beetje mazzel denk ik binnen een minuut of 20 schoongewassen en geborsteld compleet met entourage voor de groep staan. Zo wordt het afgesproken.
Onderweg naar de douche wek ik m’n dochter die de afgelopen dagen als een soort van engelenbewaarder bij haar vader slaapt & waakt en vraag haar of zij m’n spullen in de auto kan plaatsen terwijl ik mezelf onder de waterstralen opfris. Het loopt gesmeerd en geolied en als ik even later in de keuken snel een hardgekookt ei snaai en mn medicijnen in m’n broekzak druk heeft zij alles al achter in mn twingo geprakt. Vier kisten vol met authentiek leskistmateriaal, propaganda uit WOI en WOII, inclusief een trosje helmen, een set geweren, bajonetten en andere zaken die van pas kunnen komen. Veel te veel, maar ja, dan grijp ik niet mis en even later ben ik onderweg naar de school.
De kinderen zien me door het raam al aankomen en zwaaien als ik de auto op het schoolplein vlak voor de deur parkeer. Binnen no-time hebben een stel sterke tieners de spullen het klaslokaal ingedragen en staat er een dampende mok met koffie klaar. “Ze zijn helemaal voor u” zegt Anneke, de leerkracht van groep 8 en wijst op de groep die in een kring voor het digibord zit. Ik til een tafeltje van een van de leerlingen naar me toe en plaats daarop mijn lesmap en steek van wal. Ik vertel hun dat ik zelf net onder de douche vandaan kom en dat ik hen ook onder de douche ga zetten, geen gewone douche maar een geschiedenisdouche. Ik overspoel ze met een hoop aan informatie en doe dat bewust, maar.. ze moeten nix maar mogen alles onthouden wat ze kunnen. Belangrijk is dat ze verder niets anders hoeven te doen als lekker onderuit en relaxed op hun stoeltje te zitten.
Dat hoef ik in de regel nooit twee keer te zeggen en ook deze keer zie ik alle kinderen onderuitzakken op hun stoel en een makkelijke houding aannemen. Hier en daar zie ik al wat vragende blikken want ja, er zou toch iemand komen die over de geschiedenis zou komen vertellen? Iets over ‘de’ oorlog, over Adolf Hitler en concentratiekampen en nu hoeven ze alleen maar onderuit te gaan hangen? Ik begin met hen te vragen hoe oorlog eigenlijk ontstaat, misschien dat iemand me daar een antwoord op kan geven. Er gaat een voorzichtig vingertje omhoog en een blond gebrild kereltje vertelt me dat Adolf Hitler alleen maar blonde mensen leuk vond, de knul ernaast vult aan dat de Duitsers ‘de’ oorlog begonnen waren omdat ze boos waren dat ze de kosten moesten betalen van de vorige oorlog en een meisje vooraan in de kring sluit daarop aan dat Hitler een hekel had aan joden en dat die allemaal dood gemaakt werden.
Dat zijn goede aanknopingspunten om de ochtend te beginnen en ik vraag hen hoe ze aan die kennis komen want ja, ze zijn zelf iets van 11 – 12 jaar oud en die oorlog waar ze het over hebben is al bijna 70 jaar geleden gestart, dus uit eigen ervaring komt die kennis niet. Opa, oma, juf, school, internet, boeken.. er komt een heel scala aan bronnen boven water. “Aha” .. zeg ik “dus als ik het goed begrijp was er eens een mannetje met een gek snorretje en die zwiept zijn rechterarm rechts omhoog waarop de Duitsers dan oorlog gaan voeren.” Terwijl ik dat zeg voeg ik de daad bij het woord en kleef mijn linkerwijsvinger onder de neus, zwaai m’n rechterarm schuin de lucht in en stap in paradepas de kring in “eins, zwei, eins zwei” roep ik bars en marcheer met vinger onder de neus en arm omhoog in een paar passen terug naar het tafeltje met m’n lesmap. De kinderen liggen in een deuk, dat hadden ze niet verwacht. Ik ga nog even verder in mijn rol door in overduidelijk nepduits pief, paf, poef te roepen en daarbij met een denkbeeldig geweer alle denkbeeldige vijanden “dooth te sgietun”.
Het is het begin van een leuke en leerzame ochtend en neem de kinderen – en de leerkracht met klasse assistente – mee in een verhaal waarin vooral en met name het ZELF denken centraal staat. Dat elke oorlog het resultaat is van misleiding en bedrog en dat het eigenlijk onbegrijpelijk is dat de mensen zich nog steeds in de luren laten leggen en voor laten liegen. Dat elke oorlog alleen maar verliezers kent, dat de oorlog geen computerspelletje is, geen game, geen call of duty. Ik neem de klas mee in een luchtig en met humor gelardeerd toneelstuk en toon simpele voorbeelden van misleiding, neem ze mee op ontdekkingsreis naar het hakenkruis, de gestrekte armgroet en koppel de tijd met voorbeelden van toen aan die van nu.
Met duidelijke en herkenbare voorbeelden laat ik ze zichzelf op het verkeerde been zetten en toon daarna met voorbeelden aan dat wat je denkt te zien of te weten helemaal niet zo hoeft te zijn. Het heilige hout doet zijn rondje onder de leerlingen die het brok paardenkastanjehout vol ontzag aan elkaar doorgeven, er aan ruiken, voelen en pulken en marcheren ze aan het eind van de ochtend met veel enthousiasme gewapend en gehelmd het lokaal uit om even later geconfronteerd te worden met het feit dat ze zich toch wel heel gemakkelijk als makke schapen naar de slachtbank lieten leiden.
Alles met elkaar is het leuke en voor de kinderen leerzame ochtend, aldus juf Anneke van de Lichtboei, die de volgende reactie neerpende: “Een Vredesonderwijsochtend. Super interessant, echt pakkend voor de leerlingen. Vernieuwend Geschiedenis gekoppeld aan de tijd van nu! Aansluitend op ons onderwerp van geschiedenis.”
De leerlingen helpen me natijd met het inladen van alle spullen en tegen half een die middag rijd ik weer richting huis. Moe, dat wel en ik merk dat de hartoperatie van juni dit jaar m’n lichaam niet onberoerd gelaten heeft, maar het is heerlijk om voor de klas te staan, om het verhaal te vertellen, het geeft me ook weer energie. Als ik met elke gastles maar 1 kind kan bereiken, dan heb ik wat bereikt. In die veertien jaar dat ik dit nu doe heb ik met elkaar denk ik iets van 600 scholen in Nederland bezocht, voor honderden leerkrachten en ruim 15.000 kinderen gastlessen Vredesonderwijs verzorgd. Hoe lang ik daar mee door kan gaan? Dat hangt behalve van m’n gezondheid af van de financiële middelen, want ja, ergens moet dit uit betaald worden. ‘Vroeger’ ging het pro-deo, betaalde ik het uit eigen zak, maar ja, toen had ik als succesvol oud ondernemer nog wat in kas.
Als bijstandsgerechtigde zit dat er nu niet meer voor me aan en het is dat de Gemeente en ook een schoolkoepel wat geld beschikbaar hebben gesteld aan de stichting Vredesonderwijs om de kosten te dekken. Voordien betaalden de scholen het elk afzonderlijk uit een of ander potje en als er geen sponsors komen zal dat ook in de toekomst het geval blijven schat ik zo. Zelf houd ik er geen knoop aan over, ik heb m’n uitkering dus eet & adem, that’s life. Maar.. zo lang als het kan en mogelijk is wil ik met dit geweldige werk door blijven gaan en ik hoop dat mijn telefoon met regelmaat blijft gaan, niet om me aan een verslapen afspraak te herinneren maar om me uit te nodigen een gastles te verzorgen, voor scholen in het lager en middelbaar onderwijs, verenigingen, serviceclubs, etc.. laat die telefoon maar overgaan.. “Tudeluu, Tudeluu..”