In de Duitse deelstaat Niedersachsen, ongeveer drie kilometer ten westen van de stad Aurich, ligt het dorpje Rahe. Op een half hoge wierde (een oude grafheuvel) in het Brookmerland werd eeuwenlang recht gesproken bij de Upstallesbâm (Opstalboom). Op de eerste volle maan na Ostara (ook wel het lentebegin genoemd) werden de afgevaardigden gekozen van de Zeven Vrije Friese Landen.
Zeven dagen na volle maan en hun verkiezing kwamen zij op de eerstvolgende dinsdag bijeen om onder de Upstallesbâm recht te spreken, een gerechtsdag – (ge)Ding/s-dag. Onder de eik werden zaken besproken die recht moest brengen, vrede bewaren en al wat te maken had om de eigen vrijheid te verdedigen. De wierde waarop de eik stond lag op een afgebakend grondgebied. Een symbolische lage aarden dam welke het terrein als wal af-schermde was beplant met struiken en palen, het rechts-gebied was op deze wijze letterlijk afge-damd en be-paald.
De benaming Upstalles staat voor een afgebakend, gemeenschappelijk gebied dat als verzamelplaats diende, waar bijeenkomsten gehouden werden en waar het gezamenlijke vee bijeengehouden werd, de bâm stond voor boom of paal waaraan/waaromheen het volk en/of het vee zich schaarde, c.q. gebonden werd.
In 1833 werd op de plaats van de Upstallesbâm uit zwerfkeien een piramide opgebouwd. (foto: Wikipedia)