Trossen Los
Bbzzzt, bzz… zoemt m’n slimme telefoon en trilt daarmee tegelijk een bericht m’n broekzak binnen terwijl ik aan een beker Grunneger Broene Joegul lurk. Bbzzt, bzzt.. een tweede bericht haalt het eerste in zo te horen. Hij gaat weg, laten zijn eerste berichtregels lezen, of ik mee wil vervolgd het tweede bericht. Het vertrek is de opvolgende dag, het schip zal volgens schema zo-en-zo laat de trossen losgooien dus moeten we uiterlijk voor die tijd natuurlijk wel aan boord zijn.
Oeps.. hoezo kort dag, even kijken of ik dat wil, kan, moet en ga doen. Op zich hou ik van de combi aangenaam & onverwacht maar ja, taimsz aar tsjeensing. Als oudere jongere heb ik wat slijtagekilometers op de teller die in de loop der tijd wat aan de buigzaamheid en flexibiliteit geknabbeld hebben. Er staan wat afspraken op mijn toe-doe lijst, ben druk componerend met wat aan corona gerelateerde en historisch onderbouwde schrijfsels en het epistel ‘Common(non)sens’ staat op m’n Appel al breed in de digitale startblokken.
Niet dat er geen of weinig tekst geproduceerd wordt over dit bijzondere wereldfenomeen, eerder overdadig dan tekort en wereldwijd is aan des-kundigen geen gebrek. Elk weet zijn eigen weten, heeft een eigen mening en denkt daarmee ook kenniskundig en bijkans alwetend te zijn. Het is als was het een Zweedse Coronapolkagris – of Pijpkaneel zoals de oude Vondel al placht te schrijven – elk sopt en zuigt er aan en krijgt zijn deel. Eerlijk gezegd heb ik mijn buik meer dan vol van dat giftig verzuurde gesabbel en een open-eind tour in het mondkorfvrije Sverige lijkt me een welkome verademing.
Ik Bbzzzt, bzz terug dat ik onder condities wel oren heb om aan te sluiten en in te schepen naar nog Noordelijker contreien maar niet nadat we tevoren kort over wat mogelijk optredende ongemakken gesproken hebben, ik zoem & tril alvast een korte opsomming naar hem toe. Iets over aangepast ritme & regelmaat vanonder de niet zo lang geleden dichtgekramde borstkas – qua taaie dwarsheid is verder alles onveranderd. Hijzelf is gemankeerd, is toentertijd behoorlijk vleselijk ver-herbouwd en door missend snij- en lapwerk toont zijn lichaam ook de nodige medische mankementen en beperkingen.
De volgende dag staat hij al op tijd met de kleine Duitse Diesel naast het huis, met eigen plunje en conserven volgezakt die dan door mij wat aangevuld en daarmee tot de nok toe afgevuld wordt. Getweeën gezeten in de volkse zwarte mini-wolf snorren we al snel de Grenz uber en fahren wij over de Deutsche Autobahn. Geen halt, geen stop… de tank had hij voortijdig & voordelig volgenokt en daardoor ook geen maulkorb meeting onder-overdeweg. Met zijn gezonde arm aan het stuurwiel en de andere in een spannende takel koerst hij ons naar het noorden en zo broemend over de Bahn dommel ik braafjes een fluks aantal kilometers mee totdat mini-wolf de ankers laat vallen in de buik van het stalen veerschip dat ons zal overvaren.
De common(non)sens zijn thuis gebleven, opgeslagen in het digitale archief, evenals de aantekeningen en opgeslagen artikelen over nut & onnut, over spuugklodders, over nood & zaak, over pageren & pagatie. Met uit de mini-wolf ontzakte zaken strampelen we de trappen hoog, voorbij aan twee Zwedelingen waarvan een gemondkapt, en vervolgen we onze weg naar negen-dek. De bovenste bunk wordt naar onderen geklapt en ingericht als zijn nachtleger.
Ik snuffel intussen nog wat over de deklagen waarbij ik mijn oor te luister leg bij de Zwedelingen. Nieuws-gierig navraag doe naar het hoe, wat en waarom als m’n slimme telefoon zoemt en een bericht m’n broekzak binnen trilt dat hij tot aan het volgende ochtendlicht weggedoken is, logisch ook, hij heeft tenslotte andershandig de mini-wolf door Germania geloodst.. trusten, bzzttt, bzzzzzz – het brult en bromt in het vooronder, de Trossen Los