Met het bezoek aan Berber in gedachten mijmer ik zoevend naar het zuiden achter het Troela-roer jaren terug in tijd toen ik als puistepukkel-koppig jong verbaasd opkeek van moeders voorstel. Om haar te helpen had ik vieze zwarte en vette vingers gemaakt, en niet zo’n beetje ook.
Met zelf de Dubro-fles al in de aanslag kwam zij hoofdschuddend op me toelopen terwijl ze een pakje boter met een mes meenam. Doe die fles maar weg en je hand maar open, zei ze, en smeerde me een beste klont boter in de kinderknuist. Dat had ik van haar nou echt niet verwacht, zo’n dure voedselverspilling en dat van iemand die de hongerwinters in West-Nederland aan den lijve had ondervonden. Roomboter in plaats van margarine op brood was voor mij als knuppel al een luxe maar om dat dan in je smerige kinderklauwen gesmeerd te krijgen om ze ermee schoon te maken?
Dat was ongehoord, daar was boter toch niet voor bedoeld? Maar ok, ik luisterde, wreef de smurrie goed en langdurig in en door m’n vingers en liet me daarop door haar wat zand in de handen strooien. Daarna zo goed als mogelijk de geklonterde en kruimige massa boven de afvalemmer afkloppen en de al verrassend schone handen met ietwat warm water naspoelen. Het werkte als de bliksem, lang leve de roomboter en ook al was het daar nooit voor ontwikkeld, het functioneerde meer dan uitstekend. Met het aloude slaolie dat in veel huishoudens gebruikt werd was het al niet anders. Deze zogenaamde huishoudolie bleek verbluffend goed als motorbrandstof gebruikt te kunnen worden, ook al stond het niet op het etiket, was het daarvoor NIET gelabeld, het kon er wel voor gebruikt worden.
Een kleine twintig jaar terug tankte ik provocatief bij de Aldi, karrevrachten slaolie voor amper 35 cent per liter gingen kloeke-die-kloek in de dieseltank van m’n Peugeot. De brandstofboeren waren er niet blij mee, evenals de overheid die accijns misliep en die wist niet beters te doen dan de uit ongezonde raapzaad- en soja geperste slaolie fors in prijs te verhogen. Ook al gaf het flesetiket dit niet aan, het kon – anders dan waarvoor het gelabeld stond – uitstekend als brandstof dienen. Toegegeven, wie toentertijd mijn nummerplaat voor de neus had moet een ronkend vette Frietkraam geroken hebben. Wat het etiket ook niet vermeldde was dat zaadolie niet bepaald gezond is, het een ontstekings-bevorderende werking heeft en een bedenkelijke rol speelt in hart- en vaatziekten, auto-immuunziekten zoals diabetes en kanker.
Wat ook Ov-Leejbul is, en dus niet op het etiket staat maar uitstekend werkend is voor vele andere ziekten was het door Berber Pieksma genoemde Covid-killer-middel Ivermectine. Dit door de medische wetenschappers William C. Campbell en Satoshi Ōmura ontwikkelde anti-parasitaire geneesmiddel is een soort van medicinale alleskunner die succesvol – en Ov-Leejbul – een veelheid aan ziekten te lijf gaat. Het door Campbell en Ōmura ontwikkelde Ivermectine werd in 1981 eerst voor diergeneeskundig gebruik op de markt gebracht om in 1988 voor menselijk gebruik geïntroduceerd te worden. Het middel is verbluffend geneeskrachtig en bevrijdt de patiënten van malaria, gele koorts, rivierblindheid en is als Haarlemmerolie van nut bij de bestrijding van andere parasitaire ziektes. In 2015 ontvingen Campbell en Ōmura voor hun ontdekking de Nobelprijs en werd het middel wereldwijd – tot aan de komst van Covid-19 – met bewezen succes ingezet door o.a. de WHO. Letterlijk en figuurlijk een super effectief paardenmiddel, dat door de WHO ingezet werd, uiteraard … Ov-Leejbul.