Zeeman, journalist en historicus Dick Dreux is vandaag de dag een nagenoeg vergeten schrijver. Hoe anders was dat in het na-oorlogse Nederland halverwege de vorige eeuw, toen was hij een populair schrijver. Een veelgelezen auteur met een pakkende schrijfstijl die veel historische verhalen geschreven heeft en vele honderden hoorspelen op zijn naam heeft staan. Misschien dat zijn kritische ondertoon en zijn politieke gezindheid de reden geweest is deze man uit het collectief geheugen te wissen?
Vechten tegen Franco
Dick Dreux werd op dinsdag 27 mei 1913 in Amsterdam geboren. Hij groeide op bij zijn grootouders van moeders kant. Na zijn opleiding op de HBS (Hogere Burger School) afgesloten te hebben koos hij in 1929 als 16-jarige matroos het ruime sop. In de opvolgende jaren zwierf hij als zeeman de hele wereld over. Hij leefde een onstuimig leven en was van het type recht door zee. Hij zette zich in voor vrijheid van geest en lichaam en schuwde niet zijn idealen met daden te bekrachtigen. Als Radencommunist vocht hij in de Spaanse Burgeroorlog mee tegen de troepen van Francisco Franco. Voordat de Tweede Wereldoorlog in West-Europa ontbrandde keerde hij naar Nederland terug om zijn dienstplicht te vervullen om zo zijn Nederlanderschap te behouden.
Dreux zat in de laatste oorlogsjaren een tijd vast in Kamp Amersfoort, een straf- en doorgangskamp waar voornamelijk politieke gevangenen voor korte of langere tijd gevangen gehouden werden waarna hij naar een werkkamp op het Duitse Waddeneiland Borkum overgeplaatst werd. Na de oorlog koos hij voor het auteurschap en schreef veel historische verhalen met kritische inslag. Veel van zijn verhalen werden uitgegeven bij de Arbeiderspers.
VARA
Dreux woonde in het begin samen met zijn vrouw aan de Wagenaarstraat in Amsterdam. Eind jaren ’50 woonden zij in een woonark („d’Lichtboey”) op ’t Spaarne in Bussum en had het bouwen van scheepsminiaturen als hobby. Als free-lancer voor de geïllustreerde pers belandde hij bij de VARA, een acroniem voor Vereeniging van Arbeiders Radio Amateurs waarvoor hij in de periode tussen 1959 en 1970 meer dan 450 hoorspelen schreef, waaronder veel voor de Schoolradio.
In de 50-er jaren verschenen vervolgverhalen van Dreux in het toen ook al populaire stripweekblad Donald Duck. Verschillende verhalen zoals De verdwenen Prins, Het geheim van het oerwoud en Randar de bevrijder zijn door illustrator Hans Kresse opgetekend in de jaren ’50 en begin ’60 als stripverhaal uitgebracht. Scheepsjournaals van zeelieden die al in de zeventiende eeuw als boek waren verschenen en toen al bestsellers waren werden door Dreux als bronnen gebruikt. Op woensdag 6 december 1978 overleed Dreux in het Diakonessenziekenhuis in Naarden en werd begraven op de Algemene begraafplaats in Bussum
De schrijfstijl van Dreux was heel toegankelijk en nam zijn lezers als een verhalenverteller mee terug in de tijd. Hij had het niet van een vreemde, “Mijn grootvader was een geboren verteller en hij vertelde me vroeger zoveel dingen, dat ik al een heleboel van de vaderlandse geschiedenis wist voor ik op school kwam. Het is mijn grote hobby geworden” verklaarde hij in 1963. Daarnaast was hij van mening dat “het waanzin is te beweren, dat historie dood is, alleen het opschrijven van namen en jaartallen is dode historie”.
Manipulatie
Het boek met de sprekende titel De Grote Leugen (1966) kan gezien worden als een maatschappij kritisch werk waar hij over de keerzijde van de historische medaille schreef. Dreux beschreef hoe jongens uit het gewone volk geprest werden dienst te nemen in het leger en vervolgens als kanonnenvoer geofferd werden aan de bulderende vuurmonden. Dreux liet zien dat niets is wat het lijkt, dat machtshebbers verborgen agenda’s hebben, dat de gewone man gemanipuleerd en geïndoctrineerd wordt. En dat geschiedschrijving altijd door de overwinnaar gedaan wordt en dus per definitie onbetrouwbaar is.
Enkele boektitels:
Ik wil geen Beul zijn, De Vrije Nering, Vals Goud, De Modderjongens, Degens in het Duister, De Boekaniers, Jan Volckertzoon, De Grote Leugen, De Stormvogel van Edam, Ritmeester Buat. Verzwegen Journaal, Dolle Dirck de Zaankanter, Des konings glorie, Reinier, Reinier Aedriaansz. De Kreet van de Clauwaert, Vuur aan de Horizon (de familie Ronckaart 3), De Poorten van Ieper, U bent lastig, dokter.
Enkele beschreven hoorspelen :
Acht glazen, Alles op zijn tijd, De Ballade van Bliksem Billie, Besmeurd monument, De Dader op het kerkhof, De Dertiende patrouille, Duel met de kardinaal, De Eenzamen, Floriaan Geyer, Geen antwoord, Herberghe “Het Reghthuis”, Idee voor meester Breughel, Ieder voor zich, De Jacht op dokter Siersma, Jan Volckertszoon, Justitia’s weegschaal, De Keizer en de houten kop, Kom werken bij Libertatus, Marsmuziek voor Helmuth, Mazzeltje, Het, De Meeuwen krijsen, Nooit een droppel, Onrust in Uitgeest, Op hoger niveau, Opmerckelijck verhael, De Paarse chevalier, Portret van een zeeheld, Saint-Just glimlachte, Het Spook van Abercragghie, De Stille opstapper, De Stille wachters, Tamme zonder zorg, De Trossensnijder, De Tweede werkelijkheid, Een Veld in Vlaanderen, Vergeten grondslagen, Vergissen is menselijk, Weekend in Tamesby, De Zeis in het zonlicht, De Zwarte diamant, Langs vergeten wegen, Als de klok dertien slaat.