… hoor ik hem zeggen, als hij de deur voor me geopend heeft en ik bij hem naar binnenstap in de klassiek en stemmig ingerichte wachtruimte. ‘Hem’ is Hille, Hille Huiting om volledig te zijn, de uitvaartleider bij uitvaartverzorgingsbedrijf Eefting.
Het is zeker al weer een paar jaar terug dat ik hem voor het laatst – en dat in functie – gezien en gesproken heb. Door zijn beroep is de 55-jarige Oost-Groninger vaak- en veelal wat op de achtergrond dienstbaar actief en dat onderhand al vijftien jaar. Voorafgaand aan m’n bezoek zag ik de deur geopend worden door een van de heren Eefting van het familiebedrijf, hen ken ik ook al jaren, maar het was Hille die de deur voor me opende.
“Zugst der goud oet” was mijn reactie en daar was geen woord Frans bij. Hij strak en degelijk in ’t pak, haar in model, schoenen glimmend glad en met bij zijn taak en functie bijpassend karakter. Ik ook – maar dan met wapperende grijze lokken, blauw Primark shirt, vest en in korte broek met Lowa wandelstappers om de voeten. Op zijn vraag wat hij voor me kon betekenen draaide hij zich om en op weg om het benodigde op te halen vroeg hij me of ik ook zin in koffie had en of ik daar ook wat in wilde hebben, want dan nam hij dat direct mee.
Niet veel later pende hij tegenover mij aan tafel het een en ander over om dat later aan mijn verzekeringspolis vast te plakken. Ik laat me (het liefst pas over een x-aantal jaren, dat dan weer wel) vakkundig onder de grond spitten en als het kan op de plek die ik daarvoor gereserveerd heb, gecodeerd met AG-nogwat en eindigend op 0065. Maar, welke plek dat is dat kunnen ze daar niet ruiken, handiger is het ze dat van tevoren even laten weten.
Op de heenweg schoot het even door me heen dat ik al veel eerder met Eefting afgesproken had dat ik m’n verlanglijstje voor het Moment Suprême nog zou inleveren, dus of er wel of geen Poffert bij de koffie moest, met of zonder appel of slagroom, krentebol of broodje kaas misschien of zelfs een borrel erbij en dat ik zou aangeven of er ook meziek-bie-mos. ‘k Ben er nog niet uit welke artiest ik dan uit de luidsprekers laat lallen & schallen maar ik denk daarvoor nog wel even de tijd te hebben.
Misschien is’t wel een idee om speciaal daarvoor een luchtig, leuk en laatste stukje in te leveren om daar en dan (voor)gelezen te worden, een paar kwinkslagen erin, wat droge humor en dat ze me daarna naast broerlief onder de grond wegwerken. Lurkend aan m’n koffie bespraken Hille en ik het een en ander en met een glimlach om de lippen stelde ik hem de vraag of hij wist hoe of dat nu zat met een etagegraf. In mijn beleving stoppen ze me zes-voet diep in de grond om naderhand de grond stevig aan te stampen, waarom dan de benaming ‘etage’?
Onder de koffie boomden we met zijn beiden nog even over van alles en nog wat door en kwam ook zijn vader Bouwie Huiting nog even in herinnering voorbij. Johan Poppenprijs winnaar Bouwie is een man die in naam & daden nog bij veel Oost-Groningers in herinnering voortleeft, een maatschappelijk betrokken kerel dat was het, een zorgzaam type die altijd voor iedereen klaar stond, een goed organisator en ook iemand die goed met mensen om kon gaan.
In dat opzicht is Hille een echte zoon en kopie van zijn vader met dezelfde ruime inborst en goede karaktereigenschappen. Op die wijze leeft vader Bouwie voort, niet alleen via zijn zoon Hille, maar ook in herinnering blijft hij springlevend. Dat is met alle mensen zo .. ook al zijn ze al jaren niet meer om ons heen en hebben we hen al ’n Zetnaitzain…