Home » Columns » Quatorze Julliet

Quatorze Julliet

De bestorming van de Bastille

Frankrijk was in die jaren een land in beweging, er was storm op komst, politieke storm. De Franse burgers en boeren leden onder de heerszucht van de drie-eenheid, de adel, de kroon en de geestelijkheid die vrijwel de absolute macht over de grond en de bezittingen had.

Het overgrote deel van de bevolking leed armoede en crepeerde terwijl aan de andere kant de machtigen goede zaken en grote winsten wisten te behalen. Zij creëerden schaarste door graan op te kopen om het daarna aan de hoogste bieder weer van de hand te doen. Dat de eigen bevolking door verhongering omkwam werd als onbelangrijke bijzaak beschouwd. Het graauw, het gepeupel, was slechts goed om de machtigen van dienst te zijn en al hun grillen en grollen te bekostigen door wettelijk opgelegde roofbelastingen.

Op 14 juli 1789 werd de beruchte Bastille-gevangenis (in de wijk St. Antoine) in Parijs bestormd. Deze gebeurtenis zou toen en later als de officiële aanleiding voor de Franse Revolutie in de geschiedenisboeken worden opgenomen. Niets was echter minder waar. Aan deze spontane bestorming was weinig spontaans. Dit incident was ruim tevoren bekokstoofd door internationaal opererende belanghebbenden zoals door cellen van de Franse Vrijmetselarij en de Duitse Illuminatie, met de beruchte hertog d’Orleans – grootmeester van de maçonieke loge van het Grootoosten – als hun leider.

De vermogende hertog d’ Orleans overigens een volle neef van koning Lodewijk XVI – trok achter de schermen aan de touwtjes en financierde de oproerkraaiers.

Het was de bedoeling dat hij na de rebellie als beloning op de troon gezet zou worden. Met steun van de andere kapitaalkrachtige medespelers werd de opstand door een klein groepje toentertijd bekende mannen vakkundig voorbereid. Eén van de onruststokers was de uiterst gewiekste agitator en politiek-strategisch bekwame Charles-Maurice de Talleyrand-Périgord, bisschop van Autun. De hele bestorming van de Bastille was een schijnvertoning – een Twin-Tower operatie – en er kwamen zelfs Pruisische huurlingen aan te pas om bij de opstand te figureren en zo het geheel een wat realistischer gezicht te geven.

Marquis de Sade

Al met al was het een enorm spektakel, en dat alles om in totaal 7 straatrovers, geestelijk gestoorden en een enkele politieke gevangene te bevrijden die in de Bastille gevangen werden gehouden. Volgens overlevering zou één van de gevangenen Marquis de Sade zijn geweest. Behalve van opruiende revolutionaire publicaties was hij ook de auteur van haarscherpe analyses waarin hij de seksuele perversie van de heersende elites aan de kaak stelde. Hun a-morele gedrag, hun drang naar bestiale pies-, poep-, en moordsex, de Sade wrong het met zijn pen op papier, en zijn schrijfsels werden ook wel Sadistisch genoemd.

Het verhaal is sindsdien blijven hangen dat hij het geweest moet zijn die een paar dagen voor de 14e juli 1789 vanuit de Bastille geschreeuwd zou hebben dat de gevangenen vermoord werden en dát zou dan weer de officiële aanleiding voor de Parijse bevolking geweest zijn om spontaan de gevangenis te bestormen en de gekwelde gevangenen te bevrijden. Voor de hertog d’Orleans was uiteindelijk alle moeite vergeefs. De revolutie was dan wél van de grond gekomen maar in plaats van een kroon op zijn kruin kreeg hij een valbijl op zijn nek. Toen zijn tijd op aarde voorbij was, was zijn vermogen van 114 miljoen pond volledig opgegaan aan allerlei revolutionaire activiteiten. Daarnaast liet hij nog eens een schuld na van 75 miljoen pond – wereldwijd – aan meer dan 1500 schuldeisers.

Bron: Wat geschiedt & is – Fre Morel